Print blogartikel
RAWeetje
Waar staan de kenmerken ‘H’ en ‘R’ voor in bestekschrijfsoftware?
Een ‘RAWeetje’ uit de serie met veel gestelde vragen van RAW-gebruikers.
3 september 2020 | 4 minuten lezen
De bestekschrijver heeft verschillende mogelijkheden om de omgang met vrijgekomen materialen in het bestek op te nemen. Afhankelijk van de aard van de vrijgekomen materialen, de juridische en milieutechnische aspecten die bij de overdracht van vrijgekomen materialen een rol spelen en de wens van de opdrachtgever om ze al dan niet in het werk of elders her te gebruiken, zal de bestekschrijver kiezen voor een passende beschrijving.
Met de jaarversie 2020 van de RAW-systematiek zijn voor de bestekken twee extra kenmerken toegevoegd in de kolom ‘Hoeveelheid ter inlichting’.
Dit zijn de kenmerken ‘H’ en ’R’. Deze kenmerken zijn speciaal bedoeld voor gebruik in combinatie met vrijkomende materialen. Met het kenmerk ‘H’ kunnen vrijkomende materialen worden aangeduid die geschikt zijn om door de opdrachtgever op een andere plaats te worden hergebruikt. Hiermee kan een opdrachtgever een overzicht krijgen van de op de gezamenlijke werken vrijkomende herbruikbare materialen.
Met een ‘R’ worden de materialen aangeduid die geschikt zijn voor hergebruik nadat deze zijn gerecycled.
Waarom zijn deze kenmerken toegevoegd?
In het kader van duurzaam gebruik van materialen is hergebruik van goede bruikbare materialen een belangrijke factor. Steeds meer opdrachtgevers willen in een zo vroeg mogelijk stadium weten of en hoeveel bruikbare materialen er op een project vrijkomen die op een ander project weer kunnen worden hergebruikt.
Door bruikbare vrijkomende materialen in een bestek te labelen met een ‘H’ kan een overzicht worden verkregen van hoeveelheden en soorten materialen die op een ander project kunnen worden hergebruikt. Bij hergebruik van bruikbare materialen kan worden bespaard op de aanschaf van nieuwe materialen en wordt voorkomen dat bruikbare materialen worden gestort bij een verwerker, waarbij dan ook nog stort/verwerkingskosten moeten worden betaald.
Materialen die naar een verwerkingsinrichting moeten worden afgevoerd kunnen met een ‘R’ worden aangeduid zodat ook zichtbaar kan worden gemaakt wat de omvang van de af te voeren hoeveelheden zijn. Deze materialen komen na bewerking door de verwerker als secundaire bouwstof op de markt.
Wanneer deze kenmerken gebruiken in een bestek?
Het kenmerk ‘H’ alleen toepassen als de opdrachtgever zelf de materialen wil hergebruiken.
Omdat ‘herbruikbaarheid’ soms wel verschillend geïnterpreteerd zou kunnen worden, is het kenmerk ook in eerste instantie alleen bedoeld voor hergebruik van materialen door dezelfde opdrachtgever. Overdracht van materialen voor hergebruik door een andere opdrachtgever of materialen overdragen aan de aannemer vraagt een goede afstemming vooraf over de kwaliteit van de te leveren materialen. Van herbruikbare materialen kan doorgaans niet op de vereiste wijze worden aangetoond dat ze aan de gestelde kwaliteitseisen voldoen (certificaten, bewijs van oorsprong) Zolang er geen objectieve kwaliteitscriteria zijn opgesteld is toepassing van het kenmerk ‘H’ in die gevallen niet gewenst.
Het kenmerk ‘R’ kan voor alle materialen worden toegepast die moeten worden afgevoerd en na recycling herbruikbaar zijn.
Is de toepassing van het kenmerk ‘H’ of ‘R’ verplicht?
Het is niet verplicht dit kenmerk te gebruiken in bestekken. Het kenmerk is bedoeld om opdrachtgevers te faciliteren die bijvoorbeeld over een aantal projecten dat binnen een bepaalde tijd wordt uitgevoerd willen inschatten of er materialen bij het ene project vrijkomen die bij een ander project kunnen worden toegepast. In veel gevallen zal daar dan wel een tussentijdse opslag voor moeten worden gecreëerd, maar dat is afhankelijk van de planning. De opdrachtgever zal in het bestek dus moeten aangeven waarheen de vrijkomende materialen moeten worden vervoerd.
Het kenmerk ‘H’ is dus in eerste instantie bedoeld voor hergebruik op verschillende projecten van dezelfde opdrachtgever, als materialen op hetzelfde werk worden hergebruikt is de verwijzing binnen het bestek naar de betreffende besteksposten voldoende. Als de kenmerken ‘H’ en ‘R’ worden toegepast in bestekken kan de opdrachtgever inzicht krijgen in de materiaalstromen die vrijkomen bij de uitvoering van een project.
Wat zijn de gevolgen tijdens de uitvoering als blijkt dat materialen niet die kwaliteit hebben die aangegeven is, bijvoorbeeld ‘H’?
Een afwijking van de verwachte kwaliteit van de materialen zal in de praktijk met name gevolgen hebben voor de opdrachtgever die de materialen op een andere locatie had willen toepassen.
Het is in alle gevallen goed om voorafgaand aan de uitvoering als opdrachtgever en aannemer vast te stellen wat de kwaliteit van de vrijkomende materialen is. Omdat het kenmerk ‘H’ niet bedoelt is voor materialen die ‘eigendom van de aannemer’ worden, veranderen de kenmerken ‘H’ en ‘R’ niets aan de manier waarop in een bestek moet worden beschreven wat de hoedanigheid en kwaliteit is van de materialen waarvan het eigendom wordt overgedragen aan de aannemer.
Zijn er objectieve eisen beschikbaar die de kwaliteit van vrijkomende materialen beschrijven?
Er zijn tot nu toe geen eisen gesteld aan de kwaliteit van herbruikbare materialen. Vaak zullen eisen afhankelijk zijn van de toepassing in het kader van hergebruik van de materialen. Betonstraatstenen die vrijkomen uit een weg kunnen mogelijk op een andere locatie worden toegepast bij herstraatwerkzaamheden of in een tijdelijke toegangsweg zullen misschien aan andere eisen moeten voldoen dan de stenen die worden toegepast bij aanleg van nieuwe bestratingen.
De kenmerken zijn daarom bedoeld als informatie voor de opdrachtgever. Iedere opdrachtgever weet welke eisen hij aan hergebruik van materialen stelt. Een andere opdrachtgever kan andere eisen hanteren.
Voorbeeld
Hieronder een voorbeeld van een bestekspost waarin materialen met een ‘H’ en met een ‘R’ zijn gemarkeerd.
Op de ‘vaste pagina’ die in elk RAW-bestek aan het begin van deel 2.2 te vinden is, worden de kenmerken toegelicht. De tekst die daar is opgenomen luidt:
Door een ‘H’ is aangegeven dat de daarop betrekking hebbende hoeveelheid een hoeveelheid bouwstof betreft die zonder verdere bewerking, met uitzondering van schoonmaken en sorteren, kan worden hergebruikt.
Door een ‘R’ is aangegeven dat de daarop betrekking hebbende hoeveelheid een hoeveelheid bouwstof betreft die na bewerking kan worden hergebruik.